Honden zijn aangelijnd welkom.
Quakernaak
Over dit gebied
Natuurgebied Quakernaak (12 hectare) ligt in een bocht van het Merwedekanaal, ten oosten van Meerkerk. Het was lange tijd een wat rommelig hoekje in de polder. Het lag laag, was drassig en was daardoor minder geschikt voor veeteelt. Nu biedt dat juist ongekende kansen. Het Zuid-Hollands Landschap heeft het terrein omgevormd tot een moerassig natuurgebied met grienden, loofbossen en natte graslanden. Het is een belangrijke schakel in de strook natte natuur, die wordt aangelegd tussen de Lek en de Linge. Quakernaak is een belangrijk leefgebied voor onder andere amfibieën en bosvogels. Het gebied is niet toegankelijk, maar we hebben wel een mooie wandelroute rond het gebied uitgezet.
Natte hooilanden
We hebben de weilanden van Quakernaak in het noordelijk deel afgegraven om ze natter en voedselarmer te maken. We maaien het gebied twee keer per jaar. Zo ontstaat vochtig grasland waar plaats is voor bloemen. Omdat er in het gebied amper zaden in de grond zaten, passen we een truc toe: we strooien maaisel van vergelijkbare gebieden uit over Quakernaak. De zaden van dit maaisel vinden zo een nieuw groeigebied. De werkwijze lijkt aan te slaan. De vochtige graslanden staan nu al vol planten als dotterbloem, pinksterbloem, echte koekoeksbloem, egelboterbloem en brunel. Het gebied lijkt ook klaar te zijn voor de terugkeer van orchideeën.
Poelen
Bij het afgraven van de weilanden hebben we ook een paar poelen aangelegd. Het water in de poelen en sloten is deels afkomstig van kwel uit het Merwedekanaal. De kwaliteit hiervan is goed. Om dat zo te houden, wordt het water zo veel mogelijk binnen het gebied gehouden. De poelen vormen een belangrijk leefgebied van libellen en er komen veel soorten amfibieën voor, zoals groene kikker, bruine kikker, heikikker, rugstreeppad, watersalamander en kamsalamander. De amfibieën van Quakernaak trekken intussen ook purperreigers naar het gebied. Vanuit hun broedgebied in de Zouweboezem trekken ze naar Quakernaak om te foerageren.
Grienden
Het zuidelijk deel van Quakernaak bestaat uit grienden. Eeuwenlang waren die grienden een bron van inkomsten voor de boeren. De wilgentenen werden gebruikt om manden mee te vlechten. Van het hout werden onder andere bezemstelen en zinkstukken voor dijken gemaakt. Een klein deel van de grienden in Quakernaak onderhouden we nog vanwege de cultuurhistorische waarde. We snoeien de wilgenbomen eens in de drie jaar, halen het hout weg en steken bij. Dat wil zeggen dat we verse takken als stekken de grond in steken.
Het grootste deel van de grienden heeft zich echter mogen ontwikkelen tot vochtig loofbos. Hier hoor je typische bosvogels, zoals gekraagde roodstaart, matkop, pimpelmees en koolmees en er scharrelen houtsnippen tussen de wilgen door.
Praktische info
Honden aangelijnd
Wandelen
De rondwandeling vanaf de Oostelijke Merwedekanaaldijk wijst zichzelf. Bij de ingang staat een informatiepaneel.
